27-iii-R2, midden op de dag
Het ei ligt in het bos. We vullen het butsje met water en laten dat vastvriezen. Hopen maar dat het werkt! Hoe moeten we het nu verder de berg af krijgen? Claude ontwerpt ‘ramps’ om het tijdens het rollen af te remmen. Het werkt, maar omdat Risha nogal onhandig is, en Chang ook wat steekjes laat vallen, wordt de barst groter. Als we bij de schepen aankomen is het ei nog heel, maar gehavend. Daar ontdekken we dat er iemand door onze spullen gesnuffeld heeft. Terwijl ze toch goed verstopt waren! Er ontbreekt niets, en de manschappen hebben niets gemerkt.
Met heel veel moeite en inzet van al onze Water- en Windmagie navigeren we rivier af. In het begin is de reis net zo eentonig als op de heenreis. Maar in provincie 20 merken we dat er een enorm transparant vogelachtig wezen met ons mee vliegt. De spanwijdte is wel 20 meter. Hij lijkt eerder nieuwsgierig dan agressief. De mensen aan de kant houdt angstig afstand. Zijn ze bang voor ons of voor de Spirit Roc?
Bij provincie 19 begint de ‘beschaafde’ wereld. Dat betekent tol betalen. Voor 5 goudstukken mogen we door. Het ei is ondanks al onze moeite toch aan het smelten. Met wind en water op het zilverfolie koelen we het zoveel mogelijk af. Stroomafwaarts gaat de reis veel sneller dan op de heenweg. Bij alle grenzen moeten we betalen, behalve bij provincie 11, want daar heerst anarchie sinds een inval vanuit buurland 10. ’s Nachts slapen we om de beurt, terwijl het schip doorvaart.
1-iv-R2
Als de zon opkomt, landt de Spirit Roc op het ei en begint met zijn snavel door het zilverfolie te pikken. Chang heeft wacht, hij slaat alarm. Risha doet zijn anima banner aan. De vogel doet hetzelfde, hij heeft een veel zachter licht. Claude houdt zich gedeist. Chang activeert ook zijn anima, de maximale vorm, zodat hij het volle Fear effect van de Dawn Caste heeft. De vogel begint te lachen. Hij materialiseert in de vorm van een jongeman.
“Niet bang zijn,” zegt hij vriendelijk.
“Ben jij een lunar?” vraagt Risha.
“Wat een nieuwsgierigheid. Jullie zijn in mijn domein, dus ik mag hier de vragen stellen.”
Risha stelt zichzelf en de andere solars voor.
“Ik ben de grote baas hier. Ik heb van jullie gehoord. Phantom, der Alte en <?> hebben het over jullie gehad. Jullie zorgen wel voor ophef hoor, als jongste loot aan de stam. Licht en duister, solars en abyssals… Het wordt druk. Overigens, de baby maakt het naar omstandigheden goed, maar jullie moeten haast maken. Ik zou niet willen dat het ei smelt en de delta buiten het seizoen overstroomt.”
Als Gwan opmerkt dat het de bedoeling is van solars om alles weer op orde te stellen, verslikt de jongeman zich.
“Eerst was ik er. Toen kwamen er meer siderials. Toen de achterlijke lunars. Een hele tijd niks. En nu jullie. Ik weet niet wat ik met jullie aan moet. De abyssals gaan heel snel. Maar jullie zijn het grotere gevaar, omdat jullie alles willen oplossen. Ik heb gehoord dat jullie jong en ondeugend zijn. Maar we hoeven niet elkaars vijanden te zijn.”
Hij stelt voor dat we om en om een vraag stellen. Gwan vraagt welke conclusies hij in zijn lange leven heeft getrokken.
“Ik heb mijn conclusies in dit land verwerkt. Daarom zijn er 42 provincies. Nu ik. Weten jullie dat dit ei het niet gaat halen?”
Daar waren we al bang voor. “Kunt u in de toekomst kijken?” vraagt Gwan. “Nee, maar ik heb wel intuïtie en voorgevoelens. Ik kan wel helpen hoor. Ik wil niet dat het ei hetzij smelt, hetzij uitkomt. Ik houd van mijn onderdanen. Ik zorg er voor dat het ei niet uitkomt, dan hebben we deze reis elkaars prettige gezelschap.”
Risha wil meer weten over de relatie tussen goden en exalts. “Ah, het wereldkristal. Er zijn twee maal negen wezens. Jullie vullen een nog onbekende niche, in ons straatje. Er zijn er nog meer onbekend. De goden zijn jullie tegenhangers, ook ‘goed’. Jullie zijn elkaars concurrent.”
Hij zal zorgen dat we een mooi diagram van het wereldkristal krijgen. “Nu mijn volgende vraag. Zijn jullie echt van plan om naar de witte stad te gaan en wat denk je daar dan te vinden?” “Marmeren tabletten met de geschiedenis en zo,” zegt Risha, “en magische voorwerpen van de vroegere solars.”
Gwan vraagt hoe het met Chantal gaat. “Er is geen siderial in de lunar stad, dus mijn kennis is beperkt. Arend is dood. Chantal is een zorgenkindje, dan weer licht, dan weer duister, geteisterd en uiteindelijk machtiger dan jullie.” Hij wordt filosofisch. “Ik heb eigenlijk geen vragen meer voor jullie.”
Gwan vraagt naar het Zuiden. “Heel veel jungle en heel veel zee en wat eilandjes. Ik kom er nooit. Er wonen vreemde gemuteerde wezens. Na de ramp is zo’n beetje alles gestorven of gemuteerd. De Wamak zijn een voorbeeld van mutanten die nog niet zijn uitgestorven. Er zijn duizenden jaren geen mensen meer geweest.”
Claude vraagt: “Wat weet jij van Eenoog?”
“Dàt is jullie tegenspeler. Weet je waarom de wereld vergaan is?”
“Nee.”
“De mensheid was op zoek naar buitenaards leven en heeft het gevonden. Het buitenaardse leven kwam en bleek sterker. Iemand heeft besloten om de wereld te vernietigen om het te stoppen. Het was een volle wereld, vol met mensen. Eenoog heeft met die buitenaardse wezens te maken. Uit rapporten blijkt dat er bij jullie mensen grijs worden. Dat is het voorstadium van een veel ergere besmetting. Ze zijn aan het infiltreren. Er zijn meer cellen van wat jullie Eenoog noemen. Er lijkt iets te zijn ontwaakt. Het lijkt er op dat jullie terugkeer met de terugkeer van die ziekte te maken heeft. Het kan twee kanten opgaan. de goden zouden wel eens uitgeschakeld kunnen worden. Ze zijn ontstaan uit de grote knal en zijn bang dat als alles opgeheven wordt, zij weer verdwijnen. Zielig, maar heel machtig.”
De Annil vliedt onder ons door. We worden niet meer staande gehouden bij de grenzen en de mensen aan de kant lijken niet erg op ons te letten.
“Ik vind het leuk om kennis met jullie te maken. Maar jullie zijn nog zó jong en onstuimig.”
Claude: “Als niemand ons helpt …”
De man gaat zich er niet druk over maken. Hij maakt zich meer zorgen over de komende strijd tussen ons en Eenoog. Die zit in Euboia. Risha begint over het ontplofte eiland en de handel met Euboia. “Dat was een terecht verdiende actie,” reageert de man, “maar wat ze daar deden?” Chang laat het flesje zien. “Dit is niet bekend in Alexandros,” zegt Risha. Hij herkent het spul ook niet. “Dit werd dus verhandeld naar Euboia,” zeggen we, “de echte mijn is ergens anders.” Dit is nieuws voor hem. Hij gaat zijn siderials poolshoogte laten nemen, maar zij zitten niet in ‘besmet’ gebied.
Risha wil weten wat we tegen de tijdsprongen kunnen doen als we stukjes geheugen terugkrijgen. “Dat is een natuurwet. Qartianen zijn in dat soort dingen geïnteresseerd. Die bronnen, overal ter wereld, doen wat met tijd. Ze zijn een eigenschap van deze wereld. Ik heb de eerste mensen na de ramp, twee baby’s, naast zo’n bron gevonden.” Hij blijkt de enige overlevende exalt te zijn van vóór de ramp. “Ik ben bewusteloos geweest. Voor de ramp was er een verlichte kaste. Steeds meer leden daarvan lijken terug te komen. Maar nu, door mutatie misschien, gesplitst in verschillende types. Sorcery komt bij de gemuteerde rassen vandaan. Dat van die steden klopt niet. Er is een mythologie afgesproken en die is terug geprojecteerd. Jullie kwamen uit die stad en de lunars kwamen uit Salish. Er waren meer dan vijf steden. Nou kleintjes, ik ga afscheid nemen. O ja, mijn naam is Imhotep.”
“Als er wat is, hoe kunnen we u bereiken?” vraagt Claude.
“Ik bepaal wanneer we weer contact hebben,” zegt hij ten afscheid.
4-iv-R2
Drie dagen later zijn we bij Alexandros. Het gaat onnatuurlijk makkelijk. we hebben geen steekpenningen meer nodig. Het ei smelt onderweg niet verder. We moeten het naar de markt brengen, maar het is veel te groot. Gwan gaat naar de tovenaar.
“Leuk je te zien. Waar zijn je vrienden en de ijsdemon?” grijnst de tovenaar.
Gwan: “Die staan buiten de stad. Te groot voor de steegjes.”
“Ah, maar de afspraak was hier voor mijn winkel. Levend of, liever, dood.”
Gwan neemt hem mee om te kijken. De man kijkt een beetje bezorgd. “Nou ik ben onder de indruk. Ik had niet gedacht dat het jullie zou lukken. Maar afspraak is afspraak. Zullen we maar bij de kust afspreken? En we moeten een oplossing bedenken om hem in bedwang te houden als het ei uitkomt. Kunnen jullie zelf zorgen voor ketens? Een smeltende ijsreus werkt nog, een verdwenen ijsreus hebben we niets meer aan. Het gaat om die cruciale minuten.”
Zes uur later — het ei is weer aan het smelten — staan we met het ei op een verlaten strand. We hebben nog steeds geen last van de autoriteiten. We hebben heel veel touwen samen geslagen tot iets wat dik genoeg is om zo’n reus vast te binden. In het zeewater smelt hij heel snel. Net als de tovenaars aankomen, breekt de schaal. Er komt een enorme rups uit, het larve-stadium. Hij is transparant met een netwerk van lichtgevende aderen. Het idee is om hem buiten westen te slaan en dan vast te binden zodat de tovenaars er hun onderdelen van kunnen oogsten. Risha krijgt de Malphean Iron Staff van Octavian. < Mep ! > Het is te warm. De rups is slap van de hitte en Risha slaat door de kop heen als door slush. Het netwerk van aderen dooft langzaam … KNAL ! … het beest barst uit elkaar voordat de tovenaars er bij zijn. Risha zit onder de slurrie. Het grootste deel van het water verdampt nog voordat het de grond heeft bereikt.
iedereen staat wat beteuterd te kijken naar de snel verdwijnende plassen op het strand … Shit ! … Karoen Hotep en zijn vrienden zijn flabbergasted, maar houden zich goed. “Jullie deel van de afspraak is nagekomen,” zegt Karoen, “Heren, mijn complimenten! Dus het contract gaat nu in.”
Gwan stelt voor morgenmiddag om 1 uur in de haven af te spreken.
5-iv-R2
Claude gaat de volgende ochtend met de helft van het overgebleven zilverfolie naar de metaalmarkt. Daar ruilt hij het om voor titanium.
Gwan duikt de bibliotheek in en zoekt mythes op over de zuidlanden. Er is bitter weinig van bekend: er is jungle. Melek Qart drijft handel met het Zuiden, maar houdt zorgvuldig geheim wat er daar te vinden is. Sprekende dieren zijn de niet-gemuteerde oorspronkelijke wezens. Dat is alles. Daarna gaat hij verder lezen over kristallen bollen. Hij leest dat ze vooral gebruikt worden door Qartiaanse tovenaars en bepaalde geheime genootschappen (siderials). Ze kunnen alleen gebruikt worden op speciaal geprepareerde plaatsen. Dus dat Gwan onderweg kan screenen, is inderdaad iets heel bijzonders.
Risha gaat naar een badhuis en laat zich verwennen.
Om één uur verzamelen onze galei en negen andere schepen voor de haven. Iedere tovenaar heeft zijn eigen gevolg bij zich.
3 xp