The RoSE – 11

The ROSE sessie 11 – 16 februari 2012

Na het Deliberative maken de lunars nog kennis met hun solar mates. We moeten ook nog beslissen op welke queeste we gaan. Naar het Noorden voor de Bull of the North of naar het Zuiden op verzoek van Resplendent Jade.
Onze lunars worden uitgenodigd voor een informele moot. De elders vertellen dat de tempel van Sol ontwijd is door Sol zelf. Als we ooit een dragon king tegenkomen .. die zou hem kunnen herwijden. Tot die tijd kan niemand er binnen zonder de vervloeking van Sol op te lopen, zeker solars niet. De tovenaarsschool hier is maar een dependance, de echte wordt beheerd door de lunar elder Rakshi. Volgens White Owl is dat een aardig mens. Ze neemt ook leerlingen aan, als het lunars zijn. Onze lunars willen graag bij elkaar blijven. Ze zijn nu net een lunar circle, die opbreken zou niet alleen jammer zijn, maar ook ondankbaar. Ze willen wel naar het Noorden, mede omdat onze solars de meeste belangstelling hebben voor het Zuiden.
Ates gaat kennis maken met de andere solars. De anderen vinden hem wel sympathiek en we willen hem een heartstone lenen om zijn harnas mee te activeren (een Autochthoonse Terror Projector). Ook gaan we met hem naar de ruxefnes van het archief (House of Records) om informatie te zoeken over zijn vorige incarnaties. Het dossier is summier, maar dat hebben we eerder gezien bij een night caste. Na onderzoek blijkt het dossier versleuteld te zijn. Ghurkan is daar goed in. Hij ontcijfert het. Het blijt een instructie op te leveren om een bepaald slot te openen. Er begint hem iets te dagen. Er zit ook een ingewikkeld zegel bij wat niet in enige taal of mythologie voorkomt, het zou nog wel eens een wandelroute kunnen zijn.
Als we het uitproberen komen we bij een half abstract beeld van een godin met acht armen. Als Atis drie maal klopt materialiseert er een slot. Naast de instructie moet hij nog een extra handeling uitvoeren, voor het geval iemand hem wellicht gedwongen zou hebben het te openen. Dan zou het geheel exploderen. Atis krijgt hem open zonder de val te triggeren. In de sokkel vindt hij een stapel kristallen documenten, een zwarte mantel en een armband in de vorm van een zilveren slang. Hij doet de armband om en hoort een stem in zijn hoofd. “Welkom. Fijn dat je er bent.”
De mantel mag hij niet aandoen van de armband, dat kan pas als hij meer ervaren is. En hij moet eerst de gebruiksaanwijzing lezen. We bedenken dat het Deliberative vast wel een leesapparaat heeft voor de kristallen. Ghurkan laat hem de schroeiplek zien waar het paleis van zijn eerdere incarnatie stond. Atis is onder de indruk.
Eén van de siderials, he meisje in het rode harnas, komt naar ons toe. Het is tijd om te gaan. Vreemd genoeg vindt ze het niet erg om eerst nog even naar de Roseblack te gaan. Atis had nog een date tegoed met haar. De siderial zegt: “Die moet in topconditie zijn voor de veldslag van morgen.”
Ze verandert in een imposante krijger die een gat in de werkelijkheid slaat. Als we erdoorheen stappen komen we in mooi gedecoreerde vertrekken. Als dit dragonblooded barakken zijn x85
“Je hebt 2xbd uur.”

Atis laat zich aankondigen en wordt inderdaad toegelaten. Hij nodigt ons uit om kennis te maken en stelt ons voor als ‘zijn soort’. Ze knippert met haar ogen en houdt zich goed. We stellen ons voor en xzeggen dat we uit Nexus komen.
“Ik heb het nu te druk, maar als jullie Lookshy bezig houden dan hebben wij rust aan onze Oostkust.”
Daarna wil ze graag even alleen zijn met Atis.
Sango vraagt naar de bibliotheek. Daar zijn twee wanden met boekenkasten, een kristallen ding met een gleuf erin en een drie wandtapijten. Twee zijn abstract en de derde stelt zwarte mensen voor die dansen voor een gebouw met stierenhoorns erbovenop. Sango glipt nog even terug om de kristallen van Atis te halen. Ze probeert hem en Roseblack niet teveel te storen want die hebben er geen gras over laten groeien. Als ze ze in de lezer steekt, bevat één kristal instructies om een spinnenrobot te maken, één voor zingende apen (Treesingers), één voor een gevederde slang (heel mooi) en de vierde voor de Cloack of Death. Deze is gemaakt van geminiaturiseerde patternspiders, ‘devourers’ gemaakt om niet-magische dingen op te eten. Twee manieren om te gebruiken, eentje is om hem door een slachtoffer aan te laten trekken. (WotLA p.108)
De gevederde slang was waarschijnlijk zijn meesterwerk, daarna is hij pattern spiders gaan leren maken, en weer later is hij gek geworden en zingende apen gaan maken.

Sarina houdt het leger in de gaten. Het is een hecht en gedisciplineerd leger van (oorspronkelijk) uitschot dat trots is op hun ‘Red Piss Legion’ en goed samenwerkt, ook mensen en dragonblooded samen. Ghurkan hoort de entourage uit. Volgens hen is Roseblack zeer bekwaam. Alleen de keizerin was ook zo bekwaam. En ja, zij is ook ooit bij het legioen gekomen omdat ze iets had gedaan wat ze niet had moeten doen.

Na een paar uur komt de siderial, weer in de vorm van een krijger, ons weer ophalen. Atis en Roseblack hebben het goed naar hun zin gehad. Zij vertelt ons dat ze de baas van het Heptagram gaat verslaan. De siderial zegt tegen ons: “In het paleis van de satraap ligt een heartstone, waar hij het bestaan niet van kent”
Atis vraagt de siderial om op Roseblack te letten.
“Haar lot staat in de sterren geschreven. Daar blijven wij van af.”
Hij voegt er aan toe dat hij bij de slag om het Heptagram zal zijn. Dan maakt hij weer een gat in de werkelijkheid maar deze keer gaat hij niet met ons mee.

We komen in een warme ochtendzon op een brede, luxe straat met meerdere rijen palmen. Het is vrij druk. Spelende kinderen, vrouwen, dikke mannen in draagstoelen. Aan de ene kant van de weg zien we de lager gelegen oude stad met een haven, aan de andere kant een relatief nieuwere villawijk op heuvels. De weg voert van een krottenstad voorbij de stadsmuren, die tot aan de horizon lijkt te lopen, naar de andere kant van de stad. Daar zijn twee heuvels. Op de ene staat het gebouw wat we op het wandtapijt zagen, op de andere staat een houten palissade. Daar zit de Leopard King op de leopard seat. Wij moeten hem vertellen dat we voor Harmonious Jade komen – en ook niet veel meer dan dat. Atis vraagt een voorbijganger naar het paleis van de satraap. Die wijst naar de bovenstad c.q. villawijk. Daar is op het hoogste punt een stenen palissade, bewaakt door dragonblooded die hun anima banner aan hebben staan. Erachter is een marmeren paleis te zien.

Opeens ziet Atis er uit als een wood-aspect dragonblooded. Hij spreekt een voorbijganger aan. Dan vertelt hij ons dat de lokale god Ahlat zó machtig is dat de dragonblooded Immaculate Order hem niet kan controleren. Dus als er hier een demon rondloopt waar de ze hulp tegen nodig hebben, dan moet die wel erg gevaarlijk zijn.

De lokale bevolking is zwart van huid. Qua kleding zijn ze in twee duidelijk verschillende groepen te verdelen. We lopen naar de twee heuvels. Daar aangekomen stelt Atis zich voor als Awufale (tovenaar): “Ik zal zeggen dat er een tovenaar is voor de abominaties!”.
We mogen doorlopen naar de houten palissade. Als we de trap oplopen gaan er bij iedere tree vuurtjes branden. Ze geven aan dat we essence-users zijn. We horen trommels.
Binnen de palissade is een grasvlakte. In het midden staat een baldakijn op een verhoginkje. De zuilen zijn van cederhout. Er staat een stoeltje zonder rugleuning en overal liggen luipaardvellen, de Leopard Seat. Op de stoel ligt een wat gezette jongeman. Hij heeft zenuwtics, zweet en is erg nerveus. Als we de naam Harmonious Jade noemen weet hij meteen wie wij zijn, en hij vertelt dat het land volgens hem wordt aangevallen. Ontploffingen op straat. “En, nee x85 Harmonious Jade is er niet. Die moest naar het Zuiden voor een Orb of zoiets. Ze is een abominatie, een ‘night caste’, maar ja je moet het doen met de allies die je kunt vinden.”
We horen hem verder uit. “Ja, er is een cultus. Ze noemen zich Salmalin. Vroeger waren ze relatief onschuldig, maar ze plegen sinds een maand of drie aanslagen. Het begon met kleine dingen, eens per week een bom, maar nu zijn het er al twee per dag. Allemaal zijn ze te herkennen aan de kleuren rood en zwart, er worden ook vaak granaten (donkerrode edelstenen) gevonden op de stoffelijke resten van de daders. Ze zijn erg fanatiek, de meesten worden gedood tijdens de aanslag, de rest wordt tijdens de arrestatie gedood door de wacht. Een complicatie is dat de satraap, een dragonblooded, geen interesse lijkt te hebben.”
De satraap is afkomstig uit het Realm. Hij heeft een wacht van 100 dragonblooded. Laten we vooral een low-profile houden. De Leopard King heeft een huisje voor ons geregeld, het heet ‘la Refuge’ en ligt aan de Street of Palms. Sango vraagt naar de functie van de koning. Die vertelt dat er vijf stammen zijn. De Leopard Seat is de troon, hij zit op de troon en is dus hun koning. Hij is het nu 30 dagen. De dragonblooded hebben zijn voorganger vermoord. We praten hem moed in.
De satraap heet Cathak Voper, een financieel genie, devoot Immaculate en verliefd op de schoonheid van dit land. Hij wijst Ahlat af, maar kan hem niet bedwingen. De Leopard King adviseert ons om bij de tempel langs te gaan en offers te brengen, want zonder Ahlat’s steun lukt het zeker niet. Zijn zus is momenteel Bride of Ahlat. Een andere stam, de Isalvi van de vermoorde vorige koning, stamt af van Sol en Luna. Sango stelt voor om via zijn zus naar de tempel te gaan. Dan komt het hoge woord er uit: Harmonious Jade is zijn zus. Ze zat vóór haar exaltatie bij de cultus van Sondok, de demon van de 2e cirkel.
We gaan op weg, op zoek naar ons onderdak. Sarina scant de menigte, helaas. De kleuren van Ahlat zijn ook rood en zwart. Granaten zien we ook veel. Terwijl we lopen zien we iemand van een draagstoel overspringen in een andere. Op de daken staan plotseling boogschutters rechtop die op de dragers gaan schieten. De springer trekt aan een lont en ontploft. Grote paniek. De boogschutters schieten op het publiek. De dragers van de lege draagstoel doen tigerclaws aan en beginnen omstanders aan te vallen.
Sarina schiet een boogschutter neer. Atis rent met de Graceful Crane Stance een gebouw op en bedreigt een andere schutter x85 met een tandenstoker. Deze trekt zijn mantel open. Ook hij hangt vol explosieven. Hij trekt, maar Atis doet een Mist On Water aanval waarmee hij het trekkoord doorboort. Atis slaat hem snel knock-out met het plat van zijn zwaard. Sango trekt kinderen weg van de aanvallers met de tigerclaws. Eén wil haar aanvallen, maar glijdt uit. Sango slaat hem, en vanwege de glijpartij breekt die zijn nek. Ghurkan springt er tussen als een andere aanvaller een kind de nek wil doorsnijden. Hij is op tijd.
De aanvallers verdwijnen weer. Sango pakt de tigerclaws (excellent quality: +2) en Atis en Ghurkan dragen de bewusteloze aanvallers mee. Deze ademen moeilijk en raspend. Met Spirit Detecting Glance ziet Sarina dat dit doodgewone stervelingen zijn. Ghurkan onderzoekt ze en ontdekt dat ze rode paddestoelen in de mond hebben. Als ze die door zouden bijten, zouden ze snel dood zijn. Zolang je er op sabbelt voel je geen angst.
De stadswacht is gearriveerd en onderzoekt de lichamen. Inderdaad, de aanvallers hebben granaten oorbellen, of zwart-rode leren riempjes om de arm of zwart-rode schoenen. Sommige moordenaars dragen een halketting met een gedroogd wolvenoor. De draagstoel van het slachtoffer draagt tekenen van het huis Isalvi. Zijn dragers hadden ceremoniële zwaarden. (Het valt nu pas op dat iedereen gewapend over straat loopt.) We krijgen een compliment van de wacht voor ons opgtreden. Atis wil zich aanmelden om met hun mee te trainen, maar dat mag niet omdat hij niet uit het Zuiden komt.
Het valt ook op dat er een grijs straathondje was, wat echt iedereen heeft gezien. Dat zou ook een van de tekenen van de demon Sondok kunnen zijn. Sondok is een deel van de Yozi Ceceline, de oneindige woestein. Sango vraagt of het ook een copycat aanval zou kunnen zijn geweest. Eigenlijk wel, geeft de wachtofficier toe. Er is (behalve het hondje) niets bovennatuurlijks gebeurd. Die vervolgaanval met boogschutters was ook atypisch. En het slachtoffer – die heeft het gelukkig overleefd – is ook niet de eerste de beste. De wacht gaat het incident rapporteren als een aanval die heel wel politiek van aard zou kunnen zijn, vermomd als van de demonencultus. Hij vraagt of Atis wil getuigen. Die zegt ja en stelt zich voor als Iselsi. Hij wil weten waar we logeren. Als Atis vertelt dat we nog maar zó kort in de stad zijn dat we nog geen hotel hebben, vraagt de wachter hem om zich over twee dagen op het middaguur te melden.
Na veel praten krijgen we toestemming om de gevangenen te ondervragen. Ook wil de wacht ons tracteren. Dat gaat er natuurlijk wel in. We raken in gesprek met een jonge dragonblooded, Cathak Ever. Laat op de avond vertelt hij dat ze op expeditie zijn geweest in de jungle en daar de oudste stad van Creation hebben gevonden. Met drie pyramides en acht straten in spaken naar buiten. En een monsters! Reuzehagedissen, die sluw genoeg zijn om valstrikken te zetten. Maar niet echt intelligent, ze praten niet. De runes op de gebouwen lijken een betere, verfijndere versie van Old Realm. We kijken elkaar veelbetekenend aan.

Dit bericht is geplaatst in Exalted.

Eén reactie op “The RoSE – 11

  1. ellahir schreef:

    Sorry dat ik te laat was met het uitwerken.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s