Tanais 123

Tanais 123 – 6 juli 2017

Dag vier van de vergadering. In het half uurtje theepauze gaan we naar de Aarde, naar Hardware Legacy Five om Quiver voor te stellen aan Clark en Duffet. De colorcopter wordt geparkeerd in de garage van ons eigen penthouse. Quiver is onder de indruk. We nemen de lift naar de begane grond en dwalen naar de schuilplaats van de daklozen. Duffet is aanwezig, ze is inmiddels volwassen. Ze neemt ons mee naar het bos en daar betreden we de onderaardse ruimte waar de zwarte bron is. Clark is er al. Hij helpt om Schorpioen op te roepen. Tijdens het ritueel voelen we een subtiele plane-shift naar een parallelle wereld.
Schorpioen heet ons welkom: “Hallo vrienden.” We hebben heel wat vragen en er zijn wat misverstanden. Schorpioen vertelt dat mensen anders zijn dan de oude rassen. “Mensen zijn ‘passanten’. De oude rassen hebben geen wederhelft en ze komen niet uit de spleet van Mount Paradise. En wat zijn die ‘goden’ nou eigenlijk?” We leggen het uit. Schorpioen snapt wat er aan de hand is. “Als een sandman zijn wederhelft vindt, en samensmelt dan is er een zilveren flits. Er is een relatie met de advertenties voor on-line spellen, helden uit een product met bepaalde eigenschappen. Krachteloze advertenties klimmen op in de hiërarchie tot sterke merken.
Op de vraag hoe we Quiver’s wederhelft kunnen vinden heeft Schorpioen niet direct een antwoord. Hij kan ons meenemen naar een vergadering die een halve dagreis hiervandaan op deze plane plaats vindt. Daar kunnen we kennis maken met de andere oude rassen. Het plane is vrij instabiel, maar als we bij de grens van de stad aankomen is er een duidelijke begrenzing, een plateau waar we op kunnen klimmen en daar voorbij is er geen toegang meer tot de Aarde, waar hier Blue Collar tuinen liggen. Aan onze kant is het een ijsgladde harde vloer, ondoordringbaar zonder krachtige Color-magie. Verderop komen we grote mieren tegen. Ze oogsten kleuren die als een stroperige vloeistof uit cocons komen die in de vloer steken. Uiteindelijk bereiken we een groot stenen gebouw in de vorm van een tent. Binnen ontmoeten we manshoge schorpioenen, kakkerlakken, mieren en waterberen. Schorpioen noemt de waterberen “Charons”. Charons kunnen in alle werelden overleven, materie èn antimaterie.
We vertellen dat we hun hulp komen vragen op zoek naar de andere ik van Quiver en zijn compagnons. De oudste rassen willen weten wat dit hen oplevert. Claude zegt: “Met meer van ons, die heen en weer kunnen, kunnen we de werelden weer één laten worden.”
De mieren zeggen: “Wij hebben er geen baat bij dat mensen belangrijker worden. Als oerwezens zijn wij de baas.” En een Charon voegt er aan toe: “In Tanais hebben de mensen het hele Noorden. Onze rassen hebben hun macht verloren. Hoe krijgen wij onze invloed weer terug? Wij zijn niet gebaat bij passanten.”
Claude vertelt over het verschil tussen mensen, brahmanen c.q. priesters, eerste niveau onsterfelijken en ons, tweede niveau onsterfelijken. “Het groepje echte onsterfelijken is maar heel klein. En een heleboel van ons zijn aliens en willen weg.”
De oude rassen geven toe: “We hebben een gemeenschappelijk belang. De Charons kunnen schouwen en de juiste zielen vinden. De Mieren kunnen die zielen vangen in hun cocons. Maar wat hebben wij aan jullie? Wat bieden jullie ons? Reservaten? Daar zijn we niet in geïnteresseerd.”
Risha schetst zijn ideale wereld, met één heerser, waarin alle rassen samen in vrede kunnen leven zonder aparte landen. Claude zegt: “We zullen het aan de vergadering voor leggen.”
“Waarom zou jullie vergadering dat willen?”
“Velen zijn op zoek naar hun wederhelften.”
Risha vraagt: “Wat willen jullie?”
“Aan heer Q te zien hebben de onsterfelijken heel veel over voor hun wederhelft. We kunnen met hun één voor één een deal sluiten.”
Claude is bang dat de oude rassen daardoor een te grote macht over de onsterfelijken krijgen.
Risha zegt: “Een deel van die deal moet inhouden dat ze met ons meestemmen in de vergadering.”
Quiver krijgt een Free Sample. De Charons en de Mieren gaan voor hem op zoek. In de tussentijd krijgen wij een rondleiding over de oogstvelden van de mieren.
“Wij recyclen de mensenzielen en de kleur. Als iemand uit de Hardware Legacy overlijdt, dan vangen we de ziel in een cocon die we halverwege de barrière steken. De kleur filteren we er uit en als hij helemaal schoon is reïncarneert hij. Soms dringt die ziel door de barrière heen en dan wordt hij in Blue City geboren, maar de meesten gaan weer terug naar Hardware Legacy Five.”
Chang vraagt wat ze weten van de Lost Boys. De Mieren weten het niet: “Die zijn van onze radar verdwenen.”
De Charon weet ons te vertellen dat de Tempest van tanais naar Aarde stroomt. De meeste zielen van Tanais verworden tot zonium. Slechts een paar halen de overkant en als die hun wederhelft vinden, dan is er een zilveren flits. Chang vraagt zich af of er een verband is met de geboortekamer van de goden.
Na de rondleiding vervolgt de vergadering. De Charons hebben gezien dat er een dame met dezelfde signatuur als Quiver woont in een buitenwijk van de grootste Blauwe Stad. Daar moeten we maar gaan kijken. Het beschrijft de wijk en voegt er aan toe: “Als jullie individuen de moeite waard vinden, kunnen wij ze zelfs in de Deep Tempest vinden en eruit halen. Quiver, vertel het voort! Hier moeten jullie zijn.”
We nemen afscheid en gaan terug. Met de colorcopter gaan we er naar toe. Het is een megastad met hoogbouw in het centrum en daaromheen gigantische buitenwijken van villa’s. Er zijn geen straten maar bospaadjes. De stad en de handelsroutes hebben een ondoordringbare laag waardoor je niet naar de andere dimensies kunt, maar buiten de Blue Collar gebieden, is er in het White Collar territorium net als bij de Hardware Legacy geen harde grens met de andere werkelijkheden. Dat er een ondoordringbare laag rondom deze stad zit, is overigens maar goed ook. Want onder de wolkenkrabbers van het stadscentrum kolkt de Maalstroom.
Quiver volgt zijn intuïtie en wandelt direct naar de juiste villa. Daar zit een dame in een dekstoel op de veranda. Quiver wil er direct naar toe, maar Claude waarschuwt voor landmijnen. Dat vinden de anderen wel een beetje paranoïde. Maar toch bellen we aan bij de voordeur. Een robot doet open, maar er blijft een krachtveld in de deuropening. “Waarvoor komt u?” “White Collar zaken.” “Wacht u alstublieft hier.”
Even later komt de robot terug met de dame. Ze lijkt iets in Quiver te herkennen. “Komt u verder.”
Quiver wordt helemaal verlegen. Ze stelt zich voor als Veerde. “White Collar business? Ik ben zelf ook in opleiding als onerzoeker bij de White Collars. En wat is dit voor heerlijk jongetje?”
“Hij maakt deel uit van ons onderzoek,” zegt Chang. Claude voegt er aan toe: “De vijfde dimensie.”
“Een aantal jaar geleden deed een groepje daar ook onderzoek naar. Die zijn van hun taak afgehaald en gedemoveerd. Maar wie is dit charmante wezen?”
“Ik ben Quiver. Wij zijn voor elkaar geschapen!”
“Je bent volkomen schattig!”
Ze wil hem een paar weken bij zich houden. Dat is goed. Een robot neemt hem mee naar een kamer. Claude legt uit hoe het zit met de dimensies en Risha voegt er aan toe dat we wel degelijk White Collar zijn, maar dat we nu voor de San werken. Claude verandert in Condoleesa en zegt: “We weten nog niet precies hoe we weer één geworden zijn. Op dit moment is Quiver nog gemaakt van antimaterie. Hij draagt een zoniumpak anders ontploft alles.”
Veerde moet even wennen aan het idee van andere dimensies, maar staat er wel open voor. We laten Quiver achter en vragen of Veerde en hij een labjournaal willen bijhouden. Veerde e Quiver zwaaien ons uit. Met [Mind] voorkomen we dat Veerde het nieuws meteen aan haar beste vriendin vertelt.
Risha wil nog even naar de binnenstad. Het centrum is gewijd aan uitgaan en winkelen. Het is perfect voor ‘fun and shopping’. Maar met [Color vision] ruikt het hier enorm naar Igrot. De Maalstroom is zijn muil. Hij zuigt grootschalig Color op. Het is diffuser aan deze kant. Op Tanais gaat het via alle zwarte bronnen. Maar de Maalstroom is ook daar de muil van Igrot, eerst bij Melek Qart en nu waar het herbrond is. Zwarte bronnen en witte bronnen zijn hetzelfde, maar dat is afhankelijk van hoe je er naar kijkt. Onder de juiste omstandigheden switchen ze van wit naar zwart, slurf of staart, afhankelijk van hoe je kijkt. Het is ook wel duidelijk dat we hier niet moeten plane-shiften. Dan word je onherroepelijk opgeslokt door de Maalstroom.

4xp, en als we als groep alle Spheres op niveau 5 weten te krijgen, dan bereiken we Color 5.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s