GV2 – Utnapishtim

Lees eerst Gijsbrecht van Aemstel, hieronder.

Na een forse zwemtocht komen de kinderen aan op het strand. Inmiddels is de nacht gevallen. Vreemde stenen pilaren staan her en der verspreid in het water, op het strand en in het bos. Er leidt een pad omhoog, de bergen in. Suzette  wordt door een slang gebeten, maar ab kan het gif neutraliseren en de wond wordt genezen. Ze gaan allemaal in engelengedaante. Het pad op. Onderweg hebben ze het gevoel bekeken te worden. Kees gaat naar de schimmenwereld. Dan worden ze aangevallen door een paar heel smerige vampieren. Ze verslaan de enge creaturen, en die vallen uiteen in ongedierte. De ene verandert in maden, de andere in ratten, weer een andere in motten … heel eng. Niemand kan zich herinneren hoe er vampieren op de wereld zijn gekomen. Die maakten geen deel uit van het plan.
TempleZe lopen door en komen aan een lange trap. Liselotte roept een paar grote adelaars op om te verkennen en om ze te begeleiden. Dan komen ze aan bij een tempeltje. Twee mensen  verwelkomen hen. Het zijn de onsterfelijke Utnapishtim, die in de bijbel Noach wordt genoemd, en zijn vrouw. Ze zijn blij dat de kinderen vampieren hebben verslagen. Daar hebben ze veel last van. Dit type ondoden wordt aangestuurd door een Earthbound demon, Ba’al. Suzette neemt de onderhandelingen op zich. De onsterfelijke is bereid hen naar de wereld van Levend Vuur en Levend Metaal te leiden, maar hij voorspelt dat alleen Kees en Suzette daar kunnen overleven. In ruil voor een belofte wil hij ze dingen geven om daar in leven te blijven. Ze hebben in de loop van de vele duizenden jaren een grote schat vergaard en daar zitten onder meer dingen bij om je tegen hitte te beschermen. Hij heeft twee drankjes en een pak dat speciaal gemaakt is om in die wereld te overleven.
"Wat moeten we dan doen?" "Mijn prijs is de belofte dat jullie je uiterste best zullen doen om Ba’al te vernietigen. Daarmee zullen al zijn vampieren op alle geinfecteerde werelden in een klap hun kracht kwijt zijn." "Ok, doen we."
Achterin de tempel is de schatkamer. Ab krijgt een gouden pak, het is de uitrusting van een Azteekse adelaar ridder en het zit hem als gegoten. Kees wordt een geest, Suzette verandert zichzelf in levend vuur. Mio en Liselotte drinken van de toverdrank. Dan haalt Utnapishtim een  mini-poortje tevoorschijn. Daarmee maakt hij een doorgang naar de volgende wereld. De hitte van een hoogoven slaat ze tegemoet.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s