Ma Si Tamuz gaat niet mee naar het ‘amusement’. De andere exalts gaan naar het tempelplein. Dyjab vindt het een slacht idee en laat de anderen beloven om niets te doen en geen aandacht op zich te vestigen. De huizen zijn van leem, de architectuur is chaotisch en de gebouwen zijn over elkaar heen gestapeld. Het is markt en het is heel druk op het plein. Er hangt een nare, gewelddadige sfeer. De handel gaat gepaard met veel verbaal geweld, bluffen en dreigen. Trommelslagers en mannen met regenstokken maken muziek waar mensen op dansen. De dansers raken in trance en krabben zich tot bloedens toe. Er is een oude, dode boom waaromheen een kring mensen staat. Daar worden jongetjes besneden. Daarna wordt er vanuit een lemen hut een tegenstribbelende jongen aangevoerd. Hij is duidelijk van een andere stam, want hij heeft geen littekens. Ze binden hem aan een ijzeren paal vast. Op de achtergrond zit een sjamaan, onder de littekens, met modder besmeurd en hij heeft spijkers door zijn oren. Er ontstaat een soort lens van lucht, die het zonlicht focust in een felle bundel op de jongen. Hij schreeuwt het uit van de pijn. Ster heeft nog nooit meegemaakt dat mensen elkaar zo iets aan doen. Hij kan het niet langer aanzien en werpt zijn chakram om de jongen uit zijn lijden te verlossen. Maar hij mist.
Dan kijkt de sjamaan Ster recht in de ogen. Hoewel Ster een magisch masker draagt dat hem er uit laat zien als een plaatselijke herder, kijkt de sjamaan dwars door de vermomming heen. De luchtlens focust niet langer op de jongen aan het paaltje, maar op Ster. Hij springt uit de weg en rent er vandoor. Gewapende mannen rennnen achter hem aan. Hij weet te ontkomen in de drukte, maar de sjamaan laat een grote spijkerpop brengen en slaat daar een spijker in onder het uitspreken van twee van de drie delen van Ster’s complete naam. Na de dood van het slachtoffer komen zieke en gewonde mensen bij de sjamaan, Hij geneest iedereen door hun kwalen en verwondingen over te nemen.
De vrienden verzamelen bij de stadspoort. Sluiers onderzoekt Ster en stelt vast dat hij vervloekt is.
Het is waarschijnlijk het soort vloek waardoor alles moeizamer gaat. Soms volstaat het vernietigen ven het object waarmee je vervloekt bent. Maar aangezien de poppen niet magisch zijn, denkt ze dat in dit geval een tegenritueel nodig is. We besluiten er hier niets aan te doen en trekken verder naar het Zuiden. Die nacht slaan we ons kamp op bij een oase. We worden aangevallen door een muskiet zo groot als een hond, maar Ster slaapt overal doorheen. Raine wordt in zijn nek gestoken en Dyjab probeert de wond te reinigen. De volgende ochtend eten we geit en trekken we verder.
Na een aantal dagen reizen, zien we dat de mensen steeds meer verminkt zijn door ziektes. Na een week naderen we een grote stad met stenen stadmuren. Om binnen te komen moet er weer met wachters gevochten worden. Ster kan de wachter niet verslaan, maar Dyjab mept hem met xc3xa9xc3xa9n klap neer en we mogen binnen. Ster merkt dat hij weer even slecht ziet als toen hij net in Creationaankwam. Eigenlijk gaat alles hem moeilijker af dan voorheen. In deze stad is nog meer geweld dan in het vorige stadje. De tempel is groter, de sjamanen zijn hier duidelijk de baas. De tempel is best mooi, met een esthetische ommegang en mooie meditatiepleinen, spijkerpoppen en afbeeldingen van schildpadden. Er staat wel een lelijke dode boom in het midden. Hier en daar zitten sjamanen te mediteren. Het voelt slecht aan, maar niet zo boosaardig als een demonische aanwezigheid.
Raine raakt de dode boom aan. Hij voelt een verre aanwezigheid. Op dat moment zegt iemand "Raine" en met een droge klop wordt er een spijker in een spijkerpop geslagen. Raine voelt een snijdende pijn in zijn nek en hij hoort een razend lawaai in zijn oor. Een sjamaan zegt: "Ik kan je genezen of de larven eten je op."
Ze gaan er niet op in. Dyjab snijdt de larve er uit en zo hopen ze er van af te zijn. Ster lijkt iets onder de leden te hebben, maar hij weet helemaal niet wat het is om ziek te zijn. Raine steelt de spijkerpop op klaarlichte dag om hem kapot te maken, maar het ding animeert en het kost heel wat moeite om hem te verslaan. Nu maar hopen dat daarmee ook de vloek is opgeheven. Ster heeft inmiddels de lokale honingdrank ontdekt en koopt daar een grote voorraad van.
Door goed na te vragen, komt Dyjab er achter dat de engste ziektes heersen in het Zuid-Oosten, in Tanzania. Daar zijn zelfs dode plaatsen, waar helemaal niets meer leeft. Volgens hem is dat de plaats is waar ooit de Spiral Academy stond. Het zal nog een lange reis zijn. Dus er worden kamelen gekocht, voorraden ingeslagen en we gaan op weg.