Het begint nog in Pearblossom’s Wrath, de stad van Ma Si Tamuz, dus zonder Ster en Dyjab.
Als Diamondclaw en Raine weer een beetje tot hun zinnen gekomen zijn, besluit Ma Si dat ze de confrontatie met de fae aan wil gaan. Ze vraagt aan de elfen of ze mee mag naar hun koning. Het bos buiten de stad is aangetast door The Wyld. De bomen zijn gekleed in mensenhuid, gestut met botten en schedels, etc. De vloer van het woud splijt open en een rivier van vuur scheidt Raine en Diamondclaw van Ma Si. In het midden van het woud komt ze bij de vroegere heilige boom. Die is helemaal verwrongen door de Fae. Er hangen dode mensen in en er is een groot gapend gat in de stam.
Een geharnaste gestalte stapt uit de boom. Hij is prachtig, majestueus en dreigend. "Waarom zou ik jou een audixc3xabntie geven? Waarom zou ik jou in leven laten?"
"Wij zijn buren" antwoordt Ma Si, "Pearblossom’s Wrath is mijn stad."
"Ik hoop dan maar dat je het me niet euvel duidt als ik je stad afneem? Kopje thee?"
Het gesprek verloopt heel stroef, de elfenkoning speelt een spelletje met haar. Hij wil wedden dat de stedelingen uit vrije wil voor hem zullen kiezen en hij betovert Ma Si zodat ze tot hem aangetrokken wordt. Zij verzet zich en weet met haar wilskracht de vuurrivier te laten verdwijnen, zodat ze samen met Raine en Diamondclaw de Fae aan kan vallen. Maar die heeft geen zin meer in het spelletje. De elfenkoning vervaagt en zegt: "We komen elkaar nog wel eens tegen."
Nu de stad weer op orde is, en de dreiging van de fae verdwenen lijkt te zijn, keren de drie terug naar het kristallen schip. Daar is Ster bezig de metalen paarden te onderhouden en Dyjab spreekt uitgebreid met de Dragon Kings over de kennis van de ouden.
Onderweg is het slecht weer. Het regent en waait. Na een paar dagen varen, ziet men iets groens met hoge snelheid aan komen vliegen. Het is een jaden ibis, een boodschapper van de dragon blooded. Dus de paranoia slaat toe. We nemen het zekere voor het onzekere en schieten het ding uit de lucht. Daar gaat het kapot van en de boodschap gaat verloren. We weten dus niet of het echt over ons ging.
Dyjab vertelt wat over Afrika, het thuisland van de dragonblooded. Het klimaat is heel anders dan in de 20ste eeuw. De sahara is verdwenen en de noordkust van Afrika is bedekt met dichte bossen. Huis Nellens heeft Tunis, Italie en Griekenland, In Lybixc3xab heerst de financiersfamilie Ragara en daar is ook de Spiral Academy gevestigd. In Egypte staat het House of Bells en daar heerst de familie Katak. Dyjab’s eigen huis V’neef heeft Marokko, waar het Cloister of Wisdom ook ligt. De grote toren van het Heptagram in Tanzania is verloren gegaan. Het is onbekend wat er precies is gebeurd, maar in dat gebied wonen geen dragon blooded meer. Na een haastig vertrek heeft huis Mnemon zich nu in Mauretanie gevestigd en daar is een nieuwe tovenaarsacademie gebouwd.
Op de grens tussen Egypte en Lybixc3xab gaan we aan land. Oe’al geeft ons een communicatiekristal mee. Om niet op te vallen kleden we ons in de lokale dracht. We laten de metalen paarden aan boord van het schip. Ma Si verandert zich in een oude man en Ster zet het magische masker op zodat hij op een gewoon mens lijkt. We reizen een paar dagen en komen een patrouille dragon blooded tegen, het zijn Aarde aspecten van het huis Ragara. Maar we vallen gelukkig niet op en ze laten ons door.
We reizen dwars door de Soedan naar Tanzania, het Victoriameer is er nog. Op de grens tussen Ethiopixc3xab en Kenia eindigt het bos en dan komen wij in een grasland dat overgaat in een een woestein. Er zijn hier heel veel geiten. We raken in gesprek met de lokale bevolking, die ons vertelt dat zijeen krachtige godheid van medicijnen, ziektes en genezing aanbidden. Hij wordt voorgesteld door een spijkerpop. Het zou onze demon nog wel eens kunnen zijn! Anderen aanbidden deze godheid in de vorm van een kleine geslepen stenen schildpad. Er zit geen Essence in de beelden. De mensen zitten onder de littekens, maar ze zijn verbazend vitaal. De littekens die Ster overgehouden heeft aan een weekje Gnawing Elk, vallen hier echt niet op. De herders verwijzen ons naar de stad verderop, daar is een tempel.
We merken dat de mensen fanatieker worden. Als we bij de stad komen worden we uitgedaagd door de wachters. We moeten ons bewijzen. Als Ster er eentje met het zwarte zwaard in xc3xa9xc3xa9n klap doodslaat en een andere wachter van Raine een pijl in zijn been krijgt, mogen wij doorgaan. Ze lijken er weinig moeite mee te hebben. "Leg die dooie maar op een termietenheuvel."
In de stad heerst een agressieve sfeer. De tempel ligt aan een centraal marktplein met een groot beeld van de schildpad, spijkerpoppen en de stam van een dode boom op de binnenplaats. Op het plein wordt gevochten, er vloeit bloed en er is een slechte sfeer, maar niet zo akelig als die rondom een demon. Als we wat rondvragen, blijkt dat er in het zuiden een grotere stad is, waar de grote tempel staat. Maar we meten zeker blijven voor de tentoonstelling van die ochtend: mensen die gemarteld worden op het plein. Er zijn toch wel wxc3 t demonische invloeden.
Dat zijn inderdaad wel de belangrijkste dingen die er gebeurd zijn. Tot nu toe ging de reis voorspoedig, dankzij gewoon slim plannen van de kant van de party…kunnen jullie dat volhouden?
Het is wel verfrissend om in een party te spelen waar over de logistiek wordt nagedacht en plannen worden gemaakt. Zouden we eindelijk volwassen aan het worden zijn? (o gruwel!)
*vraagt zich toch even af hoe hij die metalen paarden onderwater moet krijgen*
kijk een plaatje van Sluiers:

Overigens:
Zoals jullie op den kaert kunnen zien, is Afrika nogal groot.
Ik ga er genoegelijk vanuit dat jullie Kamelen hebben gekocht om toch nog wat vaart te kunnen maken. Jullie zijn al weken (denk: maanden) onderweg
“Ooeh!” *plukt bosje bloemen voor haar*
Oh wat lief.
Zijn die voor mij?
*zoen op voorhoofd*
*bloos*
Stamelt wat onverstaanbaars.