Vorig jaar zijn we naar de Tinbergen lezing geweest van Jared Diamond.
Momenteel ben ik bezig in zijn boek "Guns Germs and Steel, the fates of human societies". Daar ben ik al een hele tijd in bezig, want het is niet iets wat je in een ruk uitleest. Of eigenlijk wel, want het is onwijs goed geschreven, maar de informatiedichtheid is zo hoog, dat ik het regelmatig een paar weekjes wegleg om na te denken over wat ik heb gelezen. Dat heb ik niet met veel boeken.
Jared Diamond is ornitholoog. In dit boek probeert hij de vraag die een papua hem stelde: "Why is it that you white people developed so much cargo and brought it to New Guinea, but we black people had little cargo of our own?" te beantwoorden. Als je het iets anders formuleert wordt dit een heel belangrijke vraag. Waarom hebben de afstammelingen van blanke west-europeanen zo veel meer rijkdom en macht dan de oorspronkelijke bevolkingen van amerika, australie en afrika?
Het is een buitengewoon boeiend betoog, waarin hij het onstaan en de verspreiding van landbouw en veeteelt, het schrift, buskruit en dergelijke beschrijft. Doordat hij een historisch perspectief gebruikt en steeds de vraag ‘maar hoe komt dat dan?’ blijft stellen, bereikt hij uiteindelijk de meest basale antwoorden. De orientatie van continentale massa’s bepaalt de snelheid van verspreiding van landbouwgewassen. De soortenrijkdom in de veestapel bepaalt hoe vaak epidemieen optreden en dus ook hoe resistent een volk er tegen wordt. De vruchtbaarheid van het land bepaalt de grootte van samenlevingsgroepen die het kan onderhouden: bands van enkele tientallen, tribes van honderden, chiefdoms met duizenden en staten van vele tienduizenden inwoners. En zo gaat het door.